MLLWR Menu ban
The Military Law and the Law of War Review
PUBLISHED UNDER THE AUSPICES OF THE INTERNATIONAL SOCIETY FOR MILITARY LAW AND THE LAW OF WAR

 
MLLWR Menu haut
Home About Us Editorial Board Submissions Archives Last issue

Review 2004 - Volume 43

Arne Willy DAHL

RESUME - Le statut juridique de l’opposant armé lors de conflits armés non internationaux

Les opposants armés dans le cadre de conflits armés internes ne bénéficient pas de la protection accordée aux combattants réguliers lors de conflits internationaux. On reconnaît d’ordinaire aux résistants armés participant à un conflit intérieur une protection partielle et conditionnelle comme combattant. Cette protection est partielle parce qu’elle ne s’applique que par rapport à des Etats extérieurs (des « tiers »), mais pas par rapport à l’adversaire (le gouvernement). Elle est conditionnelle parce qu’elle peut être supprimée pour des raisons politiques.
Les Etats tiers considèreront habituellement les actes des combattants armés comme des délits politiques et ne poursuivront ou extraderont pas ces personnes si elles se réfugient dans leur pays. Dans la pratique, l’opposant armé qui a pu fuir vers un tiers pays se retrouvera dans une position similaire à celle d’un combattant régulier d’une partie belligérante. C’est comme si ce pays avait reconnu son mouvement comme parti belligérant et ses membres armés comme combattants réguliers. Par contre, si ces pays le souhaitent, ils peuvent choisir – pour autant que leur législation le permet – de coopérer avec le gouvernement du pays touché par les actions de l’opposition armée et extrader le supposé criminel. Ceci est le résultat logique de la flexibilité de la notion « délit politique », qui n’est pas définie dans le droit international.
L’immunité du combattant ne signifie pas pour autant impunité pour les crimes de guerre. Les dispositions du droit pénal international limitent la juridiction nationale quant il s’agit de sujets étrangers ayant commis des faits à l’étranger, mais elles ne s’appliquent pas aux « crimes internationaux », parmi lesquels se retrouvent les infractions graves aux Conventions de Genève et leurs Protocoles additionnels et d’autres délits graves se rapportant aux conflits armés. Les actes de terrorisme se retrouvent également sous cette qualification. Non seulement le droit international peut lever les restrictions de compétence par rapport aux sujets étrangers, mais il peut aussi imposer aux Etats (par voie de traités) de prévoir explicitement pareille compétence dans leur droit interne. Dans ces cas, il y a également obligation d’extradition si l’Etat préfère ne pas poursuivre lui-même.
Les opposants armés qui respectent le droit des conflits armés non internationaux ne peuvent être poursuivis devant le TPI ou devant d’autres cours ou tribunaux internationaux et ne doivent pas être poursuivis par des pays tiers ou extradés par eux vers le pays où l’opposition armée a eu lieu. Des crimes de guerre et des actes de gravité similaire cependant doivent toujours faire l’objet d’une instruction et être poursuivis, même lorsque l’auteur s’est réfugié dans un autre pays.

SAMENVATTING - Het juridisch statuut van de gewapende opposant in interne gewapende conflicten

Gewapende opposanten in het kader van interne gewapende conflicten genieten niet van de bescherming die wettige strijders bij internationale conflicten krijgen. Zij genieten doorgaans wel een gedeeltelijke en voorwaardelijke bescherming als strijder. Deze bescherming is gedeeltelijk omdat zij enkel geldt ten aanzien van buitenlandse («derde») staten, maar niet ten aanzien van de tegenstander (de eigen regering). Ze is voorwaardelijk omdat zij steeds om politieke redenen kan worden ingetrokken.
Derde Staten zullen de daden van gewapende opposanten doorgaans als politieke misdrijven beschouwen en deze personen niet vervolgen noch uitleveren wanneer zij naar die Staten vluchten. In de praktijk zal de positie van de gewapende opposant die naar het buitenland vlucht analoog zijn als die van een lid van een erkende oorlogvoerende partij, alsof die derde Staat zijn groepering als een oorlogvoerende partij zal hebben erkend en de gewapende leden ervan als wettelijke strijders. Nochtans kunnen derde landen, afhankelijk van hun wetgeving, indien zij dat wensen, ook samenwerken met de regering van het land waar de gewapende oppositie wordt gevoerd en als zodanig de beweerde misdadiger uitleveren. Dit is het gevolg van de flexibiliteit van het begrip «politiek misdrijf», dat nergens in het internationaal recht wordt gedefinieerd.
De immuniteit van de strijder betekent evenwel niet dat hij ook ongestraft zou blijven voor begane oorlogsmisdaden. Het internationaal strafrecht beperkt de nationale bevoegdheid over onderdanen van andere Staten die in het buitenland misdrijven hebben begaan, maar die bepalingen gelden niet voor «internationale misdaden» zoals de ernstige inbreuken op de Verdragen van Genève en hun aanvullende protocollen en andere ernstige misdrijven in verband met gewapende conflicten. Daden van terrorisme vallen eveneens hieronder. Niet alleen kan het internationaal recht de bevoegdheidsbeperking ten aanzien van buitenlandse onderdanen opheffen, maar zij kan zelfs verdragsrechtelijk aan de Staten opleggen om dergelijke bevoegdheid uitdrukkelijk in hun interne wetgeving op te nemen. In dat geval is de Staat ook verplicht om de persoon uit te leveren indien hij die niet zelf wenst te vervolgen.
Gewapende opposanten die het recht der niet-internationale gewapende conflicten naleven kunnen niet worden vervolgd voor het Internationaal Strafhof of voor andere internationale hoven of rechtbanken en zij moeten ook niet worden vervolgd door derden Staten of uitgeleverd naar het land waar de gewapende oppositie werd gevoerd. Oorlogsmisdaden en daden van gelijke zwaarwichtigheid moeten echter steeds worden onderzocht en vervolgd, zelfs indien de dader in een derde Staat werd opgevangen.

SUMMARY - The legal status of the opposition fighter in internal armed conflict

Armed opposition fighters in internal armed conflicts do not enjoy combatant immunity like lawful combatants in international armed conflicts do. It is submitted that armed opposition fighters who participate in an internal armed conflict in practise enjoy a partial and conditional combatant immunity. This «immunity» is partial, because it will only appear in relation to external («third») states, not in relation to the adverse party (the government). It is conditional, because it can be withdrawn for political reasons.
External powers will usually regard the acts of armed opposition fighters as political crimes, and not prosecute or extradite such persons if they take refuge in their country. Thus, the armed opposition fighter who has found his way to a third state could, from a practical point of view, be in a situation as if the third state had recognised his movement as a belligerent party and its armed members as lawful combatants. On the other hand, if the third state wishes to do so, it might, depending on its internal legislation, have the option to co-operate with the government of the country suffering under the activities of the armed opposition by extraditing the alleged offender. This follows from the flexibility of the concept of «political crime», which has no positive definition in International Law.
Combatant immunity does not afford impunity from war crimes. The rules of International Criminal Law restricting the jurisdiction over foreign nationals having committed criminal acts abroad does not extend to «international crimes», among which we find grave breaches of the Geneva Conventions and the Additional Protocols and other serious offences related to armed conflicts. Acts of terrorism do also fall within this group. In addition to lifting the restrictions on jurisdiction over foreign nationals, International Law can also give states a conventional duty to establish such jurisdiction in their National Law. There is also a duty to extradite in such cases, if one prefers not to prosecute.
Armed opposition fighters who abide with the Law of non-international armed conflict can not be prosecuted before the ICC or other international courts or tribunals, and should not be prosecuted by third states or extradited to the country where the armed activity has taken place. War crimes and acts of a similar gravity should, however, be investigated and prosecuted, also when the offender has taken refuge in a third country.

ZUSAMMENFASSUNG - Das Rechtsstatut des bewaffneten Rebellen bei inneren, bewaffneten Konflikten

Bewaffnete Rebellen genießen im Rahmen innerer bewaffneter Konflikte nicht den von legitimen Kämpfern bei internationalen Konflikten erhaltenen Schutz. Als Kämpfer genießen sie in der Regel aber wohl einen partiellen und bedingungsgebundenen Schutz. Weil dieser Schutz nur für Ausländische Staaten (dritte Staaten) und nicht für Gegner der (eigenen) Regierung zutrifft, ist er nicht vollständig. Außerdem ist er unvollständig, weil er zu jeder Zeit wegen politischer Gründe entzogen werden kann.
Dritte Staaten werden die Akte bewaffneter Rebellen meistens als Staatsschutzdelikte betrachten und diese Personen - falls sie in diese Staaten fliehen - weder verfolgen noch ausliefern. In der Praxis wird die Lage des ins Ausland fliehenden bewaffneten Rebellen der Lage eines Mitglieds einer anerkannten, kriegsführenden Parteien entsprechen, als wie dieser dritte Staat seine Gruppierung als eine anerkannte, kriegsführende Partei betrachten würde und deren bewaffneten Mitglieder als gesetzlich anerkannte Rebellen. Trotzdem sind dritte Staaten - von der Gesetzgebung abhängig - in der Lage, falls gewünscht, ebenfalls mit der Regierung des Staates, in dem die bewaffnete Opposition betrieben wird, zusammenzuarbeiten und als solches den mutmaßlichen Verbrecher auszuliefern. Dies ist der Konsequenz der Flexibilität des nicht im Internationalen Recht definierten Begriffs «Staatsschutzdelikt».
Die Immunität des Kämpfers bedeutet allerdings nicht, dass dieser darüber hinaus für verübte Kriegsverbrechen ungestraft bleiben würde. Das Internationale Strafrecht begrenzt die nationale Zuständigkeit auf Angehörige anderer Staaten, die im Außenland Verbrechen verübt haben, aber diese Bestimmungen gelten nicht für «internationale Verbrechen», wie ernsthafte Verletzungen der Genfer Konventionen und dessen zusätzlichen Protokolle und andere, schwere Verbrechen im Zusammenhang mit bewaffneten Konflikten. Auch die Terrorakte fallen hierunter. Das Internationale Recht kann nicht nur die Zuständigkeitsbegrenzung in Bezug auf ausländische Angehörige aufheben, aber kann den Staaten vertragsrechtlich sogar auferlegen derartige Zuständigkeit ausdrücklich in dessen innere Gesetzgebung auf zu nehmen. In diesem Fall ist der Staat ebenfalls dazu verpflichtet, die Person, gegen welche er nicht selber vorgehen will, auszuliefern.
Bewaffnete Rebellen, die dem Recht der nicht internationalen bewaffneten Konflikte nachkommen, können nicht vor dem Internationalen Strafgerichtshof oder vor anderen Internationalen Höfen oder Gerichten verfolgt werden und müssen auch nicht von dritten Staaten verfolgt oder an den Staat, in dem die bewaffnete Opposition betrieben wurde, ausgeliefert werden. Kriegsverbrechen und gleich schwerwiegende Akte müssen jedoch immer untersucht und verfolgt werden, sogar wenn der Täter in einen dritten Staat aufgefangen wurde.

RIASSUNTO - Lo statuto giuridico dell’avversario armato durante conflitti armati non internazionali

Gli oppositori armati nell’ambito di conflitti armati interni non beneficiano della protezione concessa ai combattenti regolari dei conflitti internazionali. Normalmente, viene data una protezione parziale e condizionale di combattente, ai resistenti armati che partecipano ad un conflitto interno. Tale protezione è parziale perché si applica unicamente su base di Stati esteri (terzi) ma non su base dell’avversario (il governo). E’ condizionale perché puo’ essere negata per ragioni politiche.
Gli Stati terzi considerano normalemente gli atti dei combattenti armati come dei delitti politici e le persone non corrono rischi di processo o di estradizione se cercano rifugio nel loro paese. In pratica, un oppositore armato che puo’ fuggire verso un paese terzo si ritroverà nella stessa situazione del combattente regolare di una parte belligerante. E’ come se questo paese avesse riconosciuto il suo movimento come partito belligerante e i suoi membri armati come combattenti regolari. Pero’, tali paesi possono, se la loro legislazione lo prevede, cooperare col governo del paese dove ci sono azioni dell’opposizione armata, e estradare il presunto criminale. Tutto cio’ è il risultato logico della flessibilità della nozione di «delitto politico», che non è definita nel diritto internazionale.
L’immunità del combattente non significa pero’ l’impunità per i crimini di guerra. Le disposizioni del diritto penale internazionale limitano la giurisdizione nazionale quando si tratta di cittadini stranieri che hanno commesso dei fatti all’estero, ma non si applicano ai «crimini internazionali», come le infrazioni gravi alle Convenzioni di Ginevra e i Protocolli addizionali e altri delitti gravi relativi ai conflitti armati. Gli atti di terrorismo sono ripresi in questa definizione. Il diritto internazionale puo’ non soltanto revocare le restrizioni di competenza per i soggetti stranieri, ma puo’ anche imporre agli Stati (con trattati) di contemplare esplicitamente questa competenza nel loro diritto interno. In questi casi, vige ugualmente l’obbligo di estradizione se lo Stato preferisce non procedere.
Gli oppositori armati che rispettano il diritto dei conflitti armati non internazionali non possono essere citati dinanzi al TPI o dinanzi ad altre corti o tribunali internazionali e non devono essere processati da paesi terzi o estradati verso il paese teatro dell’opposizione armata. I crimini di guerra o atti di simile gravità devono sempre essere istruiti e processati, anche quando l’autore ha trovato rifugio in un’altro paese.

RESUMEN - El estatuto jurídico del oponente armado en los conflictos armados internos

En situaciones de conflicto armado interno, los oponentes armados no se benefician de la protección que se reconoce a los combatientes legales en los conflictos internacionales. Los resistentes armados que participan en un conflicto interior gozan generalmente de una protección parcial y condicional como combatientes. Esta protección es parcial porque se aplica solo de cara a unos Estados exteriores (« estados terceros »), y no hacia el adversario (el gobierno). Es condicional porque se puede suprimir por motivos políticos.
Los Estados terceros consideran en general los actos de los combatientes armados como delitos políticos y no suelen perseguir ni tampoco extraditar a estas personas si se refugian en su país. En la práctica, el oponente armado que puede huir a un país tercero se encuentra en una posición similar a la del combatiente regular de una parte beligerante. Como si este país reconociera su grupo como una parte beligerante y sus miembros armados como combatientes regulares. Por lo contrario, si lo desean estos países y si lo permite su legislación– pueden elegir cooperar con el gobierno del país donde se produce la oposición armada y extraditar al supuesto criminal. Es la consecuencia lógica de la flexibilidad de la noción de « delito político », que no está definida en el derecho internacional.
Sin embargo la inmunidad del combatiente no significa por tanto que pueda quedarse impune por sus crímenes de guerra. Las disposiciones del derecho penal internacional restringen la jurisdicción nacional cuando se trata de súbditos extranjeros que han cometido un delito en el extranjero, pero no se aplican a los « crímenes internacionales », entre los cuales se encuentran las violaciones graves de los Convenios de Ginebra y sus Protocolos adicionales y otros delitos graves relativos a los conflictos armados, incluyendo también los actos de terrorismo. El derecho internacional no sólo puede levantar las restricciones de competencia relativas a ciudadanos extranjeros, sino que puede también imponer a los Estados (por medio de tratados) de introducir explícitamente tal competencia en su derecho interno. En este caso el Estado tiene también la obligación de extraditar si prefiere que no sea el que persiga el delito.
El TPI u otros tribunales internacionales no pueden perseguir a los oponentes armados que respetan el derecho de los conflictos armados no internacionales. No deben perseguirles los países terceros ni tampoco extraditarlos hacia el país donde se produjo la oposición armada. Sin embargo, los crímenes de guerra y los actos de misma gravedad serán objeto de una instrucción y serán perseguido aunque el autor sea refugiado en otro país